Hoe startte de Tea Traveller
Waarom ik een eigen bedrijf startte
Een veelgestelde vraag uit de afgelopen 25 jaar is hoe ik er toch toe gekomen ben om dit voor mezelf te beginnen. En met ‘dit’ bedoel ik hier een cateringbedrijf dat zich toelegde op de verzorging van Afternoon tea en High tea. Niet gehinderd door enige ervaring in de horeca dien ik daaraan toe te voegen.
Een samenspel van aanleidingen (zoals wel vaker)
Eind jaren ’80 was ik als antropoloog in Leiden afgestudeerd, en gaf ik korte tijd les aan de universiteit . Maar mijn toekomst was onzeker met allerlei tijdelijke contracten.
Tijdens mijn vakanties in het Verenigd Koninkrijk, maar ook tijdens mijn (politieke) onderzoek in Schotland waren de bezoekjes aan de vele tea rooms voor mij hoogtepunten van de dag.
In die tijd speelde ook de vraag mee hoe ik het bezit van een klassieke Morris Minor Traveller fiscaal aftrekbaar kon maken.
Ziehier de belangrijkste delen van de cocktail die tot Tea Traveller zouden leiden.
Het allereerste begin
Alle plannen beginnen met een fantasie in de zithoek (of een andere comfortabele plek). Eigenlijk wilde ik eerst een ‘Tea & Giftshop’ openen, naar goed Brits voorbeeld. Maar gelet op de hoge investering en de onzekere toekomst besloot ik tot een andere aanpak. Waarom niet een rijdende tea room ? Het was mijn schoonmoeder die toen uitriep: ‘Noem het dan Tea Traveller!’
Ondernemingsplan
Fantasieën moesten daarna in beton gegoten worden. Dat ging met bezoekjes aan de accountant, Kamer van Koophandel, beurzen, en in mijn geval klassieke autodealers. Internet bestond nog niet, bijna niet voor te stellen.
Vervolgens stak ik de Noordzee over, en kocht mijn bedrijfsauto in Inkpen (bij Newbury). De rest kwam daarna wel .
Hoe het bijna mis ging…
Vanuit West Berkshire ging ik oostwaarts, naar mijn hotel dichtbij Harwich.
Voor het eerst links rijden met een rechtsgestuurde auto, in het donker, in de regen, op onbekend terrein, was opwindend. Op de M25 (rondweg Londen) stopte mijn auto die avond abrupt. De garage was zuinig met benzine geweest (of ik had te lang gewacht met tanken). Er zat niets anders op dan te zoeken naar een pomp. Bij de afrit het dichtstbijzijnde dorp opgezocht, en een volle jerrycan aangeschaft. Een stukje gelift en weer de donkere afrit op. In de verte zag ik mijn Morrisje al bijna op sleeptouw genomen worden door een Range Rover van de politie. Rennend en struikelend bereikte ik op tijd de ridders van de randweg. Ik legde mijn verhaal uit. De jongste van de twee begreep weinig van mijn aanschaf van een auto uit 1962. Maar de oudste snapte wel dat een Nederlander al die moeite deed. Zijn vader had immers ook ooit Morris gereden, en terwijl hij dat zei aaide hij in gedachten verzonken even over het koetswerk van mijn Traveller.
Voordat je de eerste klant hebt is er heel wat gebeurd
Het begin was er, maar er moest nog veel meer geregeld worden. Het idee was immers bij nul vanaf de bank ontstaan. Een bedrijfsruimte, servies (Wedgwood of course), een persbericht en nog veel meer. Wat serveer ik allemaal, en wie gaat dat maken ? Sandwiches, scones, crumpets, cakes etc.
Een bevlogen Engelse IT-er, gehuwd met een Nederlandse filosofe, bleek clotted cream te importeren. Ik was zijn eerste klant. En zo, ‘bit by bit’, begon het ergens op te lijken.
Waar je tegenwoordig struikelt over de aanbieders van ‘High tea’ (hierover later!) was ik toen een ware pionier. Vrienden fronsten in die tijd bezorgd de wenkbrauwen als ik ze over mijn plannen vertelde.
De eerste klant…
En dan, als alles in huis is, het drukwerk vers van de pers, de telefoon voortaan zakelijk opgenomen wordt (nee, mobieltjes waren er ook nog niet), een aantal kranten en tijdschriften heel vriendelijk over je geschreven hebben, dan is daar opeens die eerste echte klant. Gelukkig een kleintje, om er in te komen. Want het ging niet gelijk allemaal vlekkeloos. Maar ach, daar hebben ze vast niets van gemerkt.
Het was vanaf nu ‘serious business’.
Van een ‘Tea for Two till Two Hundred’ !
Goede ideeën vinden navolging.
Het werden spannende tijden. Zou ik de enige zijn die het leuk en lekker vond, of kon ik er een heus bestaan mee opbouwen ? Het bleek allemaal gewoon wat tijd nodig te hebben. De Nederlander was nog nauwelijks bekend met het fenomeen Afternoon tea. De hertogin van Bedford, goede vriendin van koningin Victoria, verzon het rond 1840 al, maar hier was dat nog niet goed doorgedrongen.
Doordat ik voorop liep kreeg ik veel aandacht in allerlei media. Zo werd ik zelf een keer vanuit Australië gebeld met de vraag waarom een Dutchman in hemelsnaam English tea ging serveren in Holland.
Het bleef niet onopgemerkt dus. Ook entrepreneurs van eigen bodem waagden zich aan het nieuwe ‘horecaconcept’. Met wisselend succes.
Tegenwoordig doe ik ook allerlei andere dingen, zoals aangeklede borrels, lunches, ‘the lot’. Op de meest uiteenlopende locaties (waarover later), en alles met nog steeds evenveel plezier !
Volg mijn blogs, en lees meer over mijn avonturen van de afgelopen 25 jaar.