High Tea, minder chique dan het lijkt.
Nederlandse high tea is eigenlijk geen high tea.
Dit blog kan voor teleurstelling zorgen. Het moet maar. Het zit ‘m in de term ’high tea’. Die wordt namelijk vaak te onpas gebruikt.
Ik denk wel dat ik weet hoe het komt dat we graag over high tea spreken. Het heeft een bepaald ‘snob appeal’; het lijkt een beetje op ‘high society’ (of de plechtigheid van de Hoogmis misschien).
Toen ik de verwarring eind jaren ’90 eens voorlegde aan de toenmalige Britse ambassadeur in Nederland, Mrs R. Spencer, antwoordde ze diplomatiek dat dit allemaal niet zo’n probleem was. Maar toch.
De schoolmeester legt het hier nog een keer uit.
Toen er wel thee was, maar nog geen high tea.
Britten kenden thee vanaf het midden van de 17e eeuw. Het nieuwe drankje werd aanvankelijk vooral in de koffiehuizen geschonken waar vooral mannen bijeen kwamen (koffie wás er al). Het bleek lucratief om aan de klanten ook losse thee voor thuis te verkopen. Met name vrouwen konden hierdoor kennismaken met tcha, cha, of tee, zoals het wel genoemd werd. Denk dan wel aan de wat chiquere dames. Zij organiseerden rond de theepot een elegant middagje met vriendinnen. Suiker in de thee was populair, melk kwam er later pas bij, vermoedelijk overgewaaid uit Frankrijk.
Pas in de loop van de 18e eeuw was thee niet alleen voorbehouden aan welgestelden. Dat had vooral te maken met een verlaging van de accijnzen( rond 1700 was men nog een modaal weekloon kwijt voor een pondje thee). Daarmee kwam niet alleen een einde aan de smokkelroutes, maar ook aan het ‘versnijden’ van thee met onkruid en ernstigere zaken.
Afijn, rond 1800 was thee dus behoorlijk gedemocratiseerd, en waren her en der theewinkels geopend. Ook in de horeca was thee niet meer weg te denken. Niet alleen binnen, maar ook buiten bleek theedrinken leuk. In talloze theetuinen kon je wandelen, spelletjes doen, naar een concert, een bootje varen, of ’s-avonds naar het vuurwerk kijken. En tussendoor maar thee drinken.
Ruzie met China: dan maar zelf thee verbouwen!
Al vóór het midden van de 19e eeuw waren de Britten begonnen met theeplantages op te zetten in India en op Ceylon (Sri Lanka). Door de Opiumoorlog met China wilde de import van Chinese thee niet meer lukken, en daarom leek het de Britten beter om de theestruiken op ‘eigen’ terrein uit te breiden. En niet zonder succes. De nieuwe aanplant leverde een behoorlijke boost op in de theeconsumptie in het thuisland.
Een nieuw theemomentje: afternoon tea.
Rond 1840 werd in de ‘upperclass’ in Engeland iets nieuws geïntroduceerd: afternoon tea. Bedenk dat in die tijd het avondmaal (dinner) steeds verder naar achteren was geschoven. At men eerst nog zo om een uur of 4-5, langzaamaan werd dit half acht of zelf nog later. Anna Maria Russell, de hertogin van Bedford, hield dit niet uit, een nam ’s-middags gewoon een boterham en een plak cake bij de thee (scones waren er pas in de 20e eeuw!). En zoals dat gaat met iets nieuws, dat wil je delen, en voordat je het weet heb je zo 200 man op de thee. Een ‘at home’ noemden ze dat. Moest je wel een beetje ruim huis hebben natuurlijk.
Langzaamaan sijpelde afternoon tea door tot de lagere echelons van de Britse samenleving.
De oorsprong van high tea.
Bij de werkende massa ontstond nog een ander theemomentje, en wel high tea (jawel, daar is ‘ie dan). Beeld je een stevige boerse maaltijd in met pasteitjes, soep, brood, een homp kaas en zo. Daarnaast een dampende pot thee, en de honger na een dag vol noeste arbeid op het land of in de fabriek is weer gestild.
Het woord ‘high’ slaat vermoedelijk op de hoogte van de eettafel. Bij afternoon tea is het meubilair doorgaans lager (vandaar dat soms gesproken werd van low tea).
Om het verhaal iets ingewikkelder te maken kwamen de rijken later ook nog met een eigen high tea, een soort kruising van afternoon tea en high tea van wat exclusievere hapjes.
A nice cup of tea.
Eind 19e eeuw schoten tea shops en tea rooms als paddenstoelen uit de grond. Je kunt ze beschouwen als tegenhangers van de public houses (pubs) waar voornamelijk alcohol geschonken wordt.
Ikzelf wilde in aanvang op een vaste locatie een onvervalste Britse tea room beginnen, maar liet dit idee vrij snel varen. Hierdoor heb ik de afgelopen jaren op de meest uiteenlopende plekken in Nederland (en daarbuiten) thee geschonken. Zo kom ik niet alleen ‘bij de mensen thuis’, maar ook op het werk, in het park of de tuin, op de boot, in tram of bus, of tijdens een tea dance in een kasteel!
Om de begripsverwarring te ontlopen kies ik voor de tea party meestal een andere benaming. Bijvoorbeeld birthday tea (twen-tea tot nine-tea!), a boat tea, tea at work, anniversary tea, wedding tea, bridge tea, tea in the garden, en ga zo maar door.
Kortom, er is altijd wel een goede aanleiding om Tea Traveller langs te laten komen!